Welke kanalen gebruik ik voor MIJN content?

Bepaal vooraf via welk kanaal jij jouw doelgroep kan bereiken. Soms zal een thema betere content bevatten voor professionals (LinkedIn, Twitter) en soms interessanter zijn voor een brede doelgroep (Instagram, Facebook).

Vijf dominante kanalen
Voor veel bedrijven staan vijf media centraal in hun contentstrategie: Instagram, Facebook, LinkedIn, Twitter en de eigen website. Een zesde medium, podcasts (en daarmee Spotify, Soundcloud, Apple, etc) is sterk in opkomst.

Elk medium heeft met regelmaat unieke posts nodig. Crossposten (dezelfde content 1 op 1 doorzetten naar alle social-mediakanalen) kan wel, maar het loont bijna altijd om de caption (de tekst bij de post) per medium aan te passen, zodat je doelgroepen optimaal benadert en de deelbaarheid maximaliseert. Het gaat soms om minieme aanpassingen, maar het kan veel schelen in resultaat.

Facebook is het medium van het delen van 'emotionele' content. Voor bedrijven betekent dit dat het een geschikt medium is om vooral video's te plaatsen over content die een emotie oproept (blijheid, verdriet, verontwaardiging, ontzag, etc.), waarbij je ook in de beschrijving een mening, een idee of iets inspirerend deelt. Daarnaast is Facebook een geschikt medium voor het linken naar uitgebreide content op de eigen website. Aansprekende fotografie of video is essentieel, evenals een titel of zin die direct aanspreekt. Video wordt in de regel veel meer gedeeld op Facebook dan andere content. De doelgroep van Facebook is breed en algemeen. De leeftijd van gebruikers loopt ook sterk uiteen, van 18 tot 65+, alleen is onder de jongere groep gebruikers het minst populair. Facebook heeft van alle social media het grootste aantal oudere gebruikers.

Instagram begon als medium voor trends, lifestyle en fotografie, maar is inmiddels een volwaardig platform geworden en momenteel qua imago onder jongere doelgroepen (t/m 45 jaar) het populairst. Instagram draait net als Facebook om video en fotografie, maar bij Instagram is het beeld veel belangrijker. Captions worden automatisch korter weergegeven, je moet op 'lees meer' klikken om een post volledig te lezen. Daarom is Instagram een 'korter' en 'sneller' medium, onder meer de reden dat Instagram gemiddeld een jongere doelgroep aantrekt (merendeel tussen 18 en 45) en ook een doelgroep die redelijk 'thuis' is in social media.

LinkedIn is bij uitstek geschikt voor meer 'professionele' communicatie. Dit is de plek waar content staat die van waarde is voor anderen die opereren in hetzelfde of aanleunende werkvelden. De toon op LinkedIn is er een van 'professionals onder elkaar'. Daarom is LinkedIn meestal niet de plek waar posts staan met een hele marketing-achtige insteek. LinkedIn drijft sterk op het 'belangeloos' delen van waardevolle content; content marketing op het persoonlijke vlak.

Twitter is voor bedrijven geschikt als plek om snel te linken naar nieuws en nieuwe blog posts op de eigen website, of als toevoeging op de klantenservice. Qua reputatiemanagement kan Twitter bijvoorbeeld een zeer waardevolle toevoeging zijn voor een bedrijf, maar het is belangrijk dat degene(n) die het beheren het platform goed kennen.

Algoritmes social-media-platforms
Alle social media-platforms hanteren algoritmes die bepalen of een post aan iemand wordt getoond in zijn feed. Het gaat in deze blog te ver om daar in detail op in te gaan, maar er zijn een paar regels die ervoor zorgen dat de meeste algoritmes gunstiger naar content kijken:

1.      Regelmaat - post zoveel mogelijk met dezelfde frequentie, op dezelfde dag)
2.      Reacties/likes - hoe meer reacties en likes, hoe meer content wordt getoond. Daarom is zo nu en dan een call-to-action goed.
3.      Andere accounts taggen –  algoritmes kijken gunstiger naar accounts die veel links hebben naar andere accounts
4.      Juiste aantal hashtags – op twitter 1 of 2 hashtags, op instagram tussen 9-15 hashtags, LinkedIn 2 tot 3 hashtags, Facebook 1-2 hashtags.